Ik heb de Singer 301 nu goed in het kastje gekregen. De pennen van de scharnieren waren iets te lang en zijn door mijn echtgenoot korter gemaakt. Daarna moest nog een randje van het houten blad gevijld voor alles goed paste.
Nu kan de machine opgeklapt opgeborgen worden, rechtopgezet voor gebruik èn uit het frame getild worden om mee te nemen. Ideaal!
Het spoelhuis en de spoeltjes van de Singer 301 zijn hetzelfde als van de 221 en 222, daarom wordt de Singer 301 de Big Sister genoemd.
Op de Singer Featherweight Dag was een veel voorkomend probleem dat het spoeltje niet de goede spanning had. De onderdraad is dan meestal te slap.
Dit werd een paar keer veroorzaakt doordat men vergeten was de draad onder het veertje door te trekken. Het smalle metalen plaatje klemt, als het goed is, de draad een klein beetje vast. Net genoeg om de onderdraad niet te snel te laten afwikkelen.
Op de foto hierboven zit de draad prima onder het kleine plaatje doorgetrokken. Het schroefje dat het dichtst bij de draad is op de foto kan je strakker of losser zetten, tot je tevreden bent over de onderdraadspanning, wat je controleert door een stukje te naaien op een restje van het materiaal stof
Een andere manier om te zien of de spanning goed is, die ik ook vaak gebruik, is het spoelhuis met spoeltje erin aan de draad op te tillen en vrij te laten hangen, zoals een spin aan zijn draadje. Het spoeltje mag dan niet naar beneden zakken! Pas als een rukje aan het draadje wordt gegeven, mag het spoelhuis een paar centimeter naar beneden zakken.
Het is een goed idee om als je vindt dat de machine het goed doet, het spoelhuis eens te verwijderen en aan de onderdraad te trekken en te voelen door met hoeveel weerstand de draad nu langer te maken is. Dat moet soepel gaan, maar niet te snel!
Kort gezegd:
1. Spoeltje in het spoelhuis zoals je een wc-rol goed ophangt, dus over de rol naar je toe.
2. Draad daarna terug voeren door het spleetje en even door trekken tot de draad onder het veertje zit.
3. Spoelhuis op zijn plaats zetten en even heen en weer duwen tot 'ie goed 'pakt'.
4. Altijd proefnaaien op een stukje van de (dubbele) stof om te controleren of de spanning goed is.
Lijkt ingewikkeld, maar went vanzelf.