Een witte Featherweight is namelijk niet een witgeverfde zwarte Featherweight.
De witte Singertjes zijn op een aantal punten anders dan de zwarte Featherweights.
Ze hebben niet de goudkleurige motieven,
de faceplaat is bol en gekleurd,
het opklapbare tafeltje is korter,
het voetpedaal is moderner en zit vast aan de machine,
het lichtknopje is weer zoals bij de oudste Featherweights op de bodemplaat, ook de draadgeleider is veel simpeler.
Bovendien hebben de witte Featherweights een overbrenging met een inwendige riem i.p.v. de tandraderen die bij de zwarte machientjes gesmeerd moeten worden.
Ook de gaatjes in de richting van de asjes van de motor hoeven niet met Singer Lubricant gevuld te worden. Beter gezegd: die gaatjes zijn er niet meer!
Je zou kunnen denken dat dit nieuwer en moderner was, maar ik denk dat het meer een bezuiniging is geweest. De Singer naaimachines waren onverslijtbaar en er was veel concurrentie van de Aziatische landen. Iets goedkoper produceren door minder versiering en een makkelijker in elkaar te zetten model was een manier om te proberen het marktaandeel te behouden.
Na de jaren '60 van de vorige eeuw kwamen steeds meer plastic onderdelen in de naaimachines terecht. Inderdaad, die slijten meer dan de metalen delen. Maar dat is vooral een nadeel voor de consument! Een winkelier of fabrikant vindt het niet erg als jij na 10 of 15 jaar een nieuw onderdeel of een nieuwe machine nodig hebt!
De FA nummers werden gemaakt van mei 1969 tot april 1970.
De FB nummers van april 1970 tot juni 1971.
Deze witte Featherweight is al gereserveerd!