Pagina's

woensdag 3 juli 2019

Hoeveel kostte een Singer Featherweight in 1950? Het Zaans Museum en het gebruik van de 1/4 inch open teen voet.

Vandaag kwamen twee dames hun Featherweight ophalen die ze vorige week afgegeven hadden. Een servicebeurt met schoonmaken en smeren, alles afstellen en controleren op condensatoren, bedrading isoleren, een nieuwe riem, LED-lampjes en een gewone nieuwe stekker voor in het stopcontact. En de koffer keurig gepoetst met schone sloten. De machientjes zijn dan net zoals ik ze zelf verkoop.

Ook kwam er een derde dame langs met een machientje met een probleem, dat gelukkig op te lossen was. Het was een machientje van 1950 en we bekeken de rekening die nog bij de machine zat. Een Nederlandse rekening!

Kijk toch eens, op mooi Singer papier.




Getypt! Ik hoor nog die Remington van mijn moeder. Een loodzware machine waar je flink moest beuken op de toetsen en met carbonpapier maakte je terwijl je typte gelijk een kopietje van je werk!



En de prijs! 350 gulden. Dat was in 1950 veel geld.



Ik heb er even een website bij gepakt om dat bedrag om te rekenen naar nu......



Wat een bedrag he! €1420,83.... Maar ik weet dat moderne naaimachines ook wel prijzig zijn! Dus er is niet zoveel veranderd in de tijd.

Wij krijgen pas over 10 dagen vakantie, maar de jongste zoon heeft zijn eerste jaar op de HvA erop zitten. Ik stelde vanmiddag voor om een hapje te eten bij de Zaanse Schans en naar het Zaans Museum te gaan. De lunch werd uiteindelijk een lekker broodje bij een echte Zaanse bakker, want zoonlief lust geen pannenkoeken of poffertjes.



We liepen over de Zaanse Schans en hoewel ik eigenlijk even alle huisjes en winkeltjes en de molen wilde bekijken, werd het toch de kortste weg naar het museum. Zoonlief heeft een beter geheugen dan ik en wist alles nog van 5 jaar geleden. Tenminste, dat beweerde hij.

We keken wel naar de toeristen. Ik kan nooit zo goed zien waar mensen vandaan komen, maar de meesten waren "Aziatiërs". Leuk om te zien waar de toeristen foto's van nemen en zo door hun ogen te kijken naar de oude huisjes en het landschap. Ik vind dat net zo leuk als zij. Toerist in eigen land!



Het Zaans Museum leek mij interessant voor deze zoon vanwege de koekjesfabriek en de chocoladefabriek. En dat vond hij inderdaad boeiend, vooral omdat alles beweegt en je goed de tandwielen en overbrengingen kon zien. Voor iemand die Werktuigbouwkunde studeert is dat nu eens een toepassing van de theorie.



Ik vond de cacao ook erg leuk, aangezien oudste zoon, zwager en neef in de cacao-handel werkzaam zijn. En ik chocolade ook lekker vind!




Heel veel beweegt, het is echt een schouwspel!






Chocolade smelt bij 36 graden Celsius, dus het smelt in je mond. Zo leer je nog eens iets!





Het museum is erg modern, met veel interactieve spellen, waaronder een bonbondoosjes-vul-lopende-band-simulatie-spel. Zoon en ik gingen aan de slag! Je moest met één vinger de bonbons in het doosje schuiven. Er zijn ronde en vierkante, ovale en hele lange bonbons. Maar ook mislukte bonbons en die moest je juist niet pakken. Toen we eenmaal de slag te pakken hadden ging de band steeds sneller. Ik kreeg er een beetje stress van, haha!



Ik moest gelijk denken aan Lucy Ball en haar vriendin. Werkzaam in de chocoladefabriek. Schitterend!



Klik op onderstaande link om het filmpje te zien!

Lucy Ball in de Chocoladefabriek.

Een afdeling met tekeningen van de Verkade-albums zag er ook mooi uit. De informatie bij dit deel van het museum vertelde dat er echt veel aandacht aan de albums werd besteed en dat het behalve commercieel ook educatief moest zijn. Jac. P. Thijsse, de bekende natuurkenner, werd gevraagd of hij de teksten wilde schrijven. Dat wilde hij wel doen, onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat hij niets hoefde te zeggen over de Verkadeproducten.







Ik zie iedere keer iets nieuws in het museum en nu keek ik vooral naar de tentoonstelling van blikken en trommels. Bij de kringloopwinkel zoek ik die vierkante koektrommels van Verkade. Daar passen grote quiltblokken in en het stapelt ook zo fijn.








Ook de kleine blikken voor chocolaatjes zijn mooi, met volgens mij tekeningen van Rie Cramer.



Dat je die blikken gewoon bij de producten kreeg! Echt luxe!



En een stukje nostalgie, de gele beschuitbus van mijn moeder....



De rest van de collectie is ook mooi, maar omdat ik dat al een keer gezien had en zoonlief niet veel belangstelling meer kon opbrengen, gingen we richting uitgang. We hebben allemaal een museumjaarkaart, dus we kunnen gaan wanneer we willen.



Nog even snel een kiekje..... Waarschijnlijk heb ik dit de vorige keer ook gefotografeerd, maar dat geeft niet! Een slecht geheugen heeft zo zijn voordelen, want je geniet elke keer weer opnieuw! Een speldenkussen met spelden om de liefde te laten zien.



Weer thuis dus gelijk het Verkadeblik met de Jockey Cap blokken gepakt.






De afgelopen week heb ik iedere dag een aantal van de gestreken blokken keurig op maat gesneden. Ik had heel lang gedacht hoe ik verder moest met die blokken die toch wel hier en daar wat scheef waren, dus nu ik eenmaal de knoop had doorgehakt ging ik met strijkbout, rolmes en vierkante liniaal aan de slag. Niet te lang achter elkaar vanwege mijn nek, maar steeds een aantal lapjes. En je ziet het, iedere dag even ermee bezig en dan heb je toch een Verkade blik vol met keurig gesneden lapjes.



Al die kleurencombinaties, soms iets meer balans of contrast, maar het moet ook een soort rommeltje worden. Alsof het echte restjes zijn en het toeval een grote rol speelt. Ik leer van deze quilt, het hoeft niet perfect. Anders komt ie nooit af!



Met mijn 222 en een 1/4 inch voetje ging het naaien van deze strak gesneden randen ook goed.

Ik heb wel iets nieuws bedacht, een beetje in de lijn van met de hand quilten (wat ik nog nooit gedaan heb, maar ik zie wel eens wat hè).
Bij het patchen met op de hand naai je niet in de naadbreedte, maar begin je met aanhechten en afhechten een 1/4 inch van de rand en daardoor kan je makkelijker alle naden mooi plat strijken en kruispunten van lapjes in een molentje leggen. Dus ik wilde 1/4 inch van de kant beginnen en aan de andere kant van de naad ook weer eindigen.

Met een 1/4 inch voetje met open teen kan dat heel goed. Als je de achterste rand die iets breder is gelijk legt met de bovenrand van de stof, dan is de naald precies 1/4 inch van de stofrand af. En als je aan het einde van de naad bent kan je precies een 1/4 inch voor de rand stoppen als je naar het streepje op het voetje kijkt.






Wat ik dan ook nog deed is beginnen met een paar hele kleine steekjes, het pookje net onder de 30. En daarna gewoon een goede steeklengte, op 10 ofzo. Door de kleine steekjes hecht je aan zonder heen en weer te naaien. Deze kleine steekjes laten niet gemakkelijk los. Dat is ook het gevaar, je kan het niet makkelijk uithalen als het fout is... (Hoe zou ik dat nou weten!?)



Het getal bij de steeklengte regelaar staat voor het aantal steken per inch. Aan het eind van de naad ook de laatste steekjes heel klein doen. ***Dan kan je het pookje van de steeklengte zo laten staan, draadophaler omhoog, voet omhoog, je werk naar achteren trekken, nieuwe lapjes eronder met de naald op een 1/4 inch van de rand, een paar kleine steekjes, dan grotere steken, op het laatst weer kleine steekjes. (Herhalen vanaf ***) Je wordt er vanzelf handig in.



En inderdaad, eerst steeds twee blokken aan elkaar en daarna 2 aan 2 aan elkaar en het kruispunt in het midden vouwde zich bijna vanzelf in een molentje.....  Dus het werkt!

En nu hoef ik niet de steekjes in de naad los te halen om het molentje te vouwen. Echt handig zo.